Jan Hendrik Albert (Henny) Eman kan beschouwd worden als de pionier van de moderne Arubaanse politiek. Hij werd geboren in 1887 en in 1922 werd hij verkozen tot Landraad van Aruba. Een landraad was een van de twee gekozen leden van de Raad van Politie, die verder werd voorgezeten door de gezaghebber en dus als het eerste bestuursorgaan met gekozen leden kan worden beschouwd. In het begin van de vorige eeuw had niet iedereen belangstelling om een functie als Landraad te vervullen. En het electoraat, de mensen die mochten stemmen, was ook gekoppeld aan een serie voorwaarden die varieerden van opleiding en welgesteldheid tot het halen van een soort stemmersexamen. Het aantal actieve stemmers was dan ook beperkt: in 1931 bij voorbeeld werden als Landraad gekozen Dokter A. Dussenbroek met 171 stemmen en Jan Hendrik Eman met 144 stemmen. Al heel wat meer dan in 1929, toen er in totaal slechts 201 actieve stemmers opkwamen.
Henny Eman paste voor de verkiezingen in 1931 al een bekende tactiek toe om de stemmers op zijn hand te krijgen: in Noord deelde hij soep met brood uit aan de schoolkinderen. Dat jaar werd Aruba geteisterd door droogte en dus hongersnood. Er bestond in het reglement van de Raad van Politie een artikel dat het burgers mogelijk maakte om, vanaf de openbare tribune, het woord te vragen en te krijgen om hun zegje te doen over wat hen op het hart lag. Van deze mogelijkhied heeft Henny Eman, toen hij de functie van Landsraad niet meer vervulde, enkele malen gebruik gemaakt. Hij deed dit om het verlangen van het Arubaanse volk uit te spreken om baas in eigen huis te zijn. Dit streven gaf hij de mooie naam van Separacion (afscheiding).
In 1941 werd Henny Eman gekozen in de Staten van Curacao; de Antillen zoals we die sinds 1954 kennen, bestonden toen nog niet. Hij onderscheidde zich van zijn collegas van de andere eilanden door steeds voor de belangen van zijn Aruba op te komen. Ook als er wel eens gestemd moest worden over een onderwerp dat niet Aruba betrof, dan stemde hij zo dat hij op een ander moment als tegenprestatie verzekerd was van de stem van een ander Statenlid als het wel om Aruba ging.De Curacaose Staten waren destijds de enige instantie waar voor de belangen van Aruba opgekomen kon worden. Er bestond nog geen Bestuurscollege op ons eiland.
Henny Eman wierp zich in de Staten gewoon op als de leider van Aruba. Eind jaren 30, begin jaren 40 kwam Aruba daardoor dan ook in de belangstelling: in 1939 en in 1942 kwamen er zelfs enkele Statenleden op bezoek op Aruba, ook al was het maar voor enkele dagen. Resultaat van zo'n bliksembezoek was wel de suggestie dat de Raad van Politie op het eiland wel diende te worden uitgebreid en er meer invloed aan moest worden toegekend. In de jaren 40 werd voor het eerst een commissie samengesteld om staatkundige aangelegenheden te bestuderen. De commissie-Oppenheim kwam met een zgn. Eilandenreglement, waarbij ieder eiland zijn eigen bestuurscollege zou krijgen. Het zou nog jaren duren - het was oorlog - voor het voorstel de Staten bereikte maar van openbare behandeling is het nooit gekomen. Maar de roep om afscheiding op Aruba werd luider en luider. Ook na de oorlog (1946) boog zich de commissie-Ellis over de staatshervormings- plannen die op een Rijksconferentie besproken moesten worden. Wat Aruba betreft was decentralisatie het advies.
In 1947 organiseerde Henny Eman een handtekeningenaktie onder de Arubanen om de wens van het volk om zich af te scheiden van de Kolonie Curacao, vast te leggen. Notaris Lampe maakte de aktes op die in alle districten van het eiland werden getekend. Er werden ca. 120 aktes opgemaakt, elk met verschillende vellen met een lange lijst handtekeningen van 2147 Arubanen, die aan Nederland moesten worden aangeboden. In 1948 wordt in Den Haag de eerste Ronde Tafel Conferentie (RTC) gehouden. Voor Aruba was Cornelis Albert (Sjon A) Eman afgevaardigd. Hij was advocaat en de zoon van Henny Eman. Sinds 1939 was hij Landraad voor Aruba. In 1946 was hij al door de Raad van Politie als afgevaardigde naar Nederland gestuurd met een petitie waarin om een eigen bestuur voor Aruba werd gevraagd. Zijn vader, Henny Eman, was in 1948 Statenlid in Willemstad en fractieleider voor de A.V.P. Op de RTC van dat jaar werd kennis genomen van de wens van Aruba om bij een nieuwe rechtsorde in het Koninkrijk een afzonderlijke status te verkrijgen. De datum waarop Eman de motie indiende was 18 maart van dat jaar, een datum die nog elk jaar als nationale dag van Aruba in ere wordt gehouden.De petitie was de eerste feitelijke verwoording van het separacion-verlangen van Aruba. Maar van enig concreet resultaat kwam destijds nog niets terecht. Wel kwam bij de nieuwe staatsregeling een zetelverdeling uit de bus waarbij zowel Aruba al Curacao elk 8 zetels zouden krijgen, hetgeen bekend werd als ocho-ocho. Bovendien kreeg een speciale commissie de opdracht om een mogelijke afzonderlijke status voor Aruba bij de instelling van een nieuwe rechtsorde van het Koninkrijk te onderzoeken. De vreugde op Aruba was groot, maar het liep uit op een teleurstelling: een zgn. Interimregeling besliste dat de gelijke zetelverdeling niet doorging: het werd 12 voor Curacao tegenover 8 voor Aruba. En ook de aanbevelingen van de commissie die zelfstandigheid voor elk eiland van de Nederlandse Antillen behelsde, werden niet geimplementeerd in de nieuwe staatsregeling.
Deze zgn. Interimregeling zorgde voor de nodige onrust op Aruba en voor spanningen binnen de Arubaanse politiek; de twee belangrijkste Arubaanse politici, Henny Eman en Juan Enrique (Juancho) Yrausquin, die samen op dezelfde politieke lijst (AVP) stonden, kwamen nu lijnrecht tegenover elkaar te staan: Eman was tevreden met de regeling en keurde haar goed. Deze discussie was in 1949 aanleiding tot de oprichting van een nieuwe politieke partij: naast de Arubaanse Volks Partij (AVP) van Henny Eman, al opgericht in 1942, kwam nu de Partido Patriotico Arubano (PPA) van Juancho Yrausquin. In december 1950 kwamen beide lijsten bij de verkiezingen voor. Eman?s aanhang bleek voornamelijk uit Arubanen uit de stad en de koenoekoe te bestaan terwijl Irausquin het moest hebben van de nieuwe Arubanen, de veelal van de Bovenwinden afkomstige Lago-arbeiders in San Nicolas.
In 1951 werd de Raad van Politie afgeschaft en vervangen door de Eilandsraad, waardoor enige autonomie voor het eiland werd verkregen. Landsraad Shon A Eman werd als eilandsraadlid verkozen. Hij zou er 16 jaar lid van blijven, tot zijn dood in 1967.
Bij de tweede Ronde Tafel Conferentie in 1952 was in het Ontwerp-Statuut geen sprake van een zogenaamd zelfbeschikkingsrecht van de landen hetgeen zou inhouden het recht zich af te scheiden van de nieuwe rechtsorde.
In 1954 werd het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden van kracht waarin waarborgen werden ingebouwd die de overheersing door het land of door Curacao moesten voorkomen.
Na het overlijden van Henny Eman in 1957 kwam de leiding van de AVP in handen van zijn zoon, Shon A Eman. Toen begon de partij haar politieke invloed te verliezen aan de Partido Patriotico Arubano van Juancho Yrausquin. Deze overleed in 1962, Shon A Eman in 1967. Met de dood van beide vooraanstaande politici verloor Aruba ook twee staatlieden die het zelfstandigheidsstreven van het eiland belichaamden. Litteratuur: ' Hoofdmomenten uit de Staatkundige Ontwikkeling van de Nederlandse Antillen 1865 - 1986 ' door Dr. A.F. Paula Dit boek beschrijft de hoofdmomenten uit de staatkundige ontwikkeling van de Nederlandse Antillen vanaf de instelling van de Koloniale Raad, de inwerkingtreding van het Statuut in 1954 tot het uittreden van Aruba uit de Antlliaanseconstellatie ingaande 1986, en wel voor een breder publiek.
|